dagtekenen
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | dagteken | dagtekende | heb gedagtekend |
| jij, je, u | dagtekent | dagtekende | hebt gedagtekend |
| hij, zij, het | dagtekent | dagtekende | heeft gedagtekend |
| wij | dagtekenen | dagtekenden | hebben gedagtekend |
| jullie | dagtekenen | dagtekenden | hebben gedagtekend |
| zij, ze | dagtekenen | dagtekenden | hebben gedagtekend |
PresensBeta
Example presens sentences for Dagtekenen with some of the pronouns.
- Ik dagteken de documenten.
- Jij dagtekent de brief.
- Hij/Zij/Het dagtekent het contract.
- Wij dagtekenen de akkoordverklaring.
- Jullie dagtekenen de facturen.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Dagtekenen with some of the pronouns.
- Ik dagtekende de documenten.
- Jij dagtekende de brief.
- Hij/Zij/Het dagtekende het contract.
- Wij dagtekenden de akkoordverklaring.
- Jullie dagtekenden de facturen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Dagtekenen with some of the pronouns.
- Ik heb de documenten gedagtekend.
- Jij hebt de brief gedagtekend.
- Hij/Zij/Het heeft het contract gedagtekend.
- Wij hebben de akkoordverklaring gedagtekend.
- Jullie hebben de facturen gedagtekend.