dooraderen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | doorader | dooraderde | heb dooraderd |
jij, je, u | dooradert | dooraderde | hebt dooraderd |
hij, zij, het | dooradert | dooraderde | heeft dooraderd |
wij | dooraderen | dooraderden | hebben dooraderd |
jullie | dooraderen | dooraderden | hebben dooraderd |
zij, ze | dooraderen | dooraderden | hebben dooraderd |
Presens
Example presens sentences for Dooraderen with some of the pronouns.
- Ik doorader het landschap met mijn penseel.
- Jij dooradert de tekst met interessante voorbeelden.
- Hij/Zij dooradert de roman met mysterieuze wendingen.
- Wij dooraderen de presentatie met visuele hulpmiddelen.
- Jullie dooraderen de maaltijd met exotische kruiden.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Dooraderen with some of the pronouns.
- Ik dooraderde het landschap met mijn penseel.
- Jij dooraderde de tekst met interessante voorbeelden.
- Hij/Zij dooraderde de roman met mysterieuze wendingen.
- Wij dooraderden de presentatie met visuele hulpmiddelen.
- Jullie dooraderden de maaltijd met exotische kruiden.
Perfectum
Example perfectum sentences for Dooraderen with some of the pronouns.
- Ik heb het landschap dooraderd met mijn penseel.
- Jij hebt de tekst dooradert met interessante voorbeelden.
- Hij/Zij heeft de roman dooradert met mysterieuze wendingen.
- Wij hebben de presentatie dooraderd met visuele hulpmiddelen.
- Jullie hebben de maaltijd dooraderd met exotische kruiden.