doorladen

Conjugations List of Doorladen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iklaad doorlaadde doorheb doorgeladen
jij, je, ulaadt doorlaadde doorhebt doorgeladen
hij, zij, hetlaadt doorlaadde doorheeft doorgeladen
wijladen doorlaadden doorhebben doorgeladen
jullieladen doorlaadden doorhebben doorgeladen
zij, zeladen doorlaadden doorhebben doorgeladen

Presens
Beta

Example presens sentences for Doorladen with some of the pronouns.

  • Ik laad door naar de volgende pagina.
  • Jij laadt door zonder te stoppen.
  • Hij/Zij laadt door tot het einde van de film.
  • Wij laden door om op tijd klaar te zijn.
  • Jullie laden door zodat we niets missen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Doorladen with some of the pronouns.

  • Ik laadde door terwijl ik naar muziek luisterde.
  • Jij laadde door totdat de batterij leeg was.
  • Hij/Zij laadde door ondanks vermoeidheid.
  • Wij laadden door tijdens het slechte weer.
  • Jullie laadden door zonder te klagen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Doorladen with some of the pronouns.

  • Ik heb doorgeladen en ben klaar om te vertrekken.
  • Jij hebt doorgeladen en je taak voltooid.
  • Hij/Zij heeft doorgeladen en is nu ontspannen.
  • Wij hebben doorgeladen en zijn er klaar voor.
  • Jullie hebben doorgeladen en kunnen nu rusten.