induiken

Conjugations List of Induiken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikduik indook inheb ingedoken
jij, je, uduikt indook inhebt ingedoken
hij, zij, hetduikt indook inheeft ingedoken
wijduiken indoken inhebben ingedoken
jullieduiken indoken inhebben ingedoken
zij, zeduiken indoken inhebben ingedoken

Presens

Example presens sentences for Induiken with some of the pronouns.

  • Ik duik regelmatig onder in boeken om te ontspannen.
  • Morgen duik ik het zwembad in voor mijn zwemtraining.
  • Wij duiken vaak de keuken in om samen te koken.
  • Jullie duiken graag de natuur in tijdens jullie vakanties.
  • De kinderen duiken enthousiast in het speelgoed.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Induiken with some of the pronouns.

  • Toen ik jong was, dook ik altijd in de ballenbak bij de speeltuin.
  • Vroeger doken we elk weekend het meer in om te zwemmen.
  • Hij dook regelmatig de bibliotheek in om boeken te lenen.
  • Tijdens de vakantie doken we elke dag de zee in om af te koelen.
  • Als kind doken zij vaak in de stapel bladeren in de herfst.

Perfectum

Example perfectum sentences for Induiken with some of the pronouns.

  • Hij is vorige week even snel het water ingedoken.
  • Zij heeft gisteren diep in haar tas gezocht en uiteindelijk haar sleutels gevonden.
  • We zijn afgelopen zomer in de zee gedoken en hebben veel mooie vissen gezien.
  • Jullie zijn al meerdere keren in die spannende achtbaan ingedoken.
  • Ze zijn vorig jaar in het avonturenpark gedoken en hebben allerlei attracties uitgeprobeerd.