doorlappen

Conjugations List of Doorlappen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iklap doorlapte doorheb doorgelapt
jij, je, ulapt doorlapte doorhebt doorgelapt
hij, zij, hetlapt doorlapte doorheeft doorgelapt
wijlappen doorlapten doorhebben doorgelapt
jullielappen doorlapten doorhebben doorgelapt
zij, zelappen doorlapten doorhebben doorgelapt

Presens

Example presens sentences for Doorlappen with some of the pronouns.

  • Ik lap door.
  • Jij lapt door.
  • Hij/Zij/Het lapt door.
  • Wij/We lappen door.
  • Jullie lappen door.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Doorlappen with some of the pronouns.

  • Ik lapte door.
  • Jij lapte door.
  • Hij/Zij/Het lapte door.
  • Wij/We lapten door.
  • Jullie lapten door.

Perfectum

Example perfectum sentences for Doorlappen with some of the pronouns.

  • Ik heb doorgeLAPT.
  • Jij hebt doorgeLAPT.
  • Hij/Zij/Het heeft doorgeLAPT.
  • Wij/We hebben doorgeLAPT.
  • Jullie hebben doorgeLAPT.