doorstarten
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | start door | startte door | heb doorgestart |
| jij, je, u | start door | startte door | hebt doorgestart |
| hij, zij, het | start door | startte door | heeft doorgestart |
| wij | starten door | startten door | hebben doorgestart |
| jullie | starten door | startten door | hebben doorgestart |
| zij, ze | starten door | startten door | hebben doorgestart |
PresensBeta
Example presens sentences for Doorstarten with some of the pronouns.
- Ik doorstart mijn eigen bedrijf na de lockdown.
- Jij doorstart je carrière met een nieuwe baan.
- Hij/zij doorstart de onderhandelingen met de leverancier.
- Wij doorstarten het project met frisse energie.
- Zij doorstarten hun relatie na een moeilijke periode.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Doorstarten with some of the pronouns.
- Ik doorstartte mijn eigen bedrijf vorig jaar.
- Jij doorstartte je carrière in een andere sector.
- Hij/zij doorstartte de onderhandelingen zonder succes.
- Wij doorstartten het project maar moesten stoppen vanwege financiële problemen.
- Zij doorstartten hun relatie meerdere keren voordat het lukte.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Doorstarten with some of the pronouns.
- Ik ben mijn bedrijf na de lockdown doorgestart.
- Jij hebt je carrière met succes doorgestart.
- Hij/zij is de onderhandelingen met de leverancier doorgegaan.
- Wij hebben het project na een pauze doorgestart.
- Zij hebben hun relatie nieuw leven ingeblazen na een moeilijke periode.