doorvertellen

Conjugations List of Doorvertellen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvertel doorvertelde doorheb doorverteld
jij, je, uvertelt doorvertelde doorhebt doorverteld
hij, zij, hetvertelt doorvertelde doorheeft doorverteld
wijvertellen doorvertelden doorhebben doorverteld
jullievertellen doorvertelden doorhebben doorverteld
zij, zevertellen doorvertelden doorhebben doorverteld

Presens
Beta

Example presens sentences for Doorvertellen with some of the pronouns.

  • Ik vertel het verhaal door aan mijn vrienden.
  • Jij vertelt altijd alles door aan iedereen.
  • Hij vertelt het nieuws door aan zijn collega's.
  • Zij vertelt de roddels door aan de hele buurt.
  • Wij vertellen de geheimen door aan elkaar.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Doorvertellen with some of the pronouns.

  • Ik vertelde vroeger het verhaal door aan mijn vrienden.
  • Jij vertelde altijd alles door aan iedereen.
  • Hij vertelde het nieuws door aan zijn collega's.
  • Zij vertelde de roddels door aan de hele buurt.
  • Wij vertelden de geheimen door aan elkaar.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Doorvertellen with some of the pronouns.

  • Ik heb het verhaal doorverteld aan mijn vrienden.
  • Jij hebt altijd alles doorverteld aan iedereen.
  • Hij heeft het nieuws doorverteld aan zijn collega's.
  • Zij heeft de roddels doorverteld aan de hele buurt.
  • Wij hebben de geheimen doorverteld aan elkaar.