gaffelen

Conjugations List of Gaffelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikgaffelgaffeldeheb gegaffeld
jij, je, ugaffeltgaffeldehebt gegaffeld
hij, zij, hetgaffeltgaffeldeheeft gegaffeld
wijgaffelengaffeldenhebben gegaffeld
julliegaffelengaffeldenhebben gegaffeld
zij, zegaffelengaffeldenhebben gegaffeld

Presens
Beta

Example presens sentences for Gaffelen with some of the pronouns.

  • Ik gaffel
  • Jij gaffelt
  • Hij/Zij/Het gaffelt
  • Wij gaffelen
  • Jullie gaffelen

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Gaffelen with some of the pronouns.

  • Ik gaffelde
  • Jij gaffelde
  • Hij/Zij/Het gaffelde
  • Wij gaffelden
  • Jullie gaffelden

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Gaffelen with some of the pronouns.

  • Ik heb gegaffeld
  • Jij hebt gegaffeld
  • Hij/Zij/Het heeft gegaffeld
  • Wij hebben gegaffeld
  • Jullie hebben gegaffeld