uiteten

Conjugations List of Uiteten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikeet uitat uitheb uitgegeten
jij, je, ueet uitat uithebt uitgegeten
hij, zij, heteet uitat uitheeft uitgegeten
wijeten uitaten uithebben uitgegeten
jullieeten uitaten uithebben uitgegeten
zij, zeeten uitaten uithebben uitgegeten

Presens
Beta

Example presens sentences for Uiteten with some of the pronouns.

  • Ik eet buiten de deur.
  • Jij eet buiten de deur.
  • Hij eet buiten de deur.
  • Zij eet buiten de deur.
  • Wij eten buiten de deur.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Uiteten with some of the pronouns.

  • Ik at buiten de deur.
  • Jij at buiten de deur.
  • Hij at buiten de deur.
  • Zij aten buiten de deur.
  • Wij aten buiten de deur.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Uiteten with some of the pronouns.

  • Ik heb buiten de deur gegeten.
  • Jij hebt buiten de deur gegeten.
  • Hij heeft buiten de deur gegeten.
  • Zij heeft buiten de deur gegeten.
  • Wij hebben buiten de deur gegeten.