blootstellen

Conjugations List of Blootstellen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikstel blootstelde blootheb blootgesteld
jij, je, ustelt blootstelde bloothebt blootgesteld
hij, zij, hetstelt blootstelde blootheeft blootgesteld
wijstellen blootstelden bloothebben blootgesteld
julliestellen blootstelden bloothebben blootgesteld
zij, zestellen blootstelden bloothebben blootgesteld

Presens
Beta

Example presens sentences for Blootstellen with some of the pronouns.

  • Ik stel mezelf bloot aan nieuwe ervaringen.
  • Jij stelt jezelf bloot aan gevaarlijke situaties.
  • Hij/zij/het stelt zich bloot aan kritiek.
  • Wij stellen onszelf bloot aan de zon.
  • Jullie stellen jezelf bloot aan grote risico's.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Blootstellen with some of the pronouns.

  • Vroeger stelde ik mezelf vaak bloot aan negatieve invloeden.
  • Toen ik jong was, stelde jij jezelf bloot aan allerlei avonturen.
  • In die tijd stelde hij/zij/het zich bloot aan veel stress op het werk.
  • Wij stelden onszelf regelmatig bloot aan de meningen van anderen.
  • Jullie stelden jezelf bloot aan strenge trainingsschema's tijdens het sporten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Blootstellen with some of the pronouns.

  • Ik heb mezelf blootgesteld aan verschillende culturen tijdens mijn reis.
  • Jij hebt jezelf blootgesteld aan extreme temperaturen tijdens het bergbeklimmen.
  • Hij/zij/het heeft zich blootgesteld aan gevaarlijke stoffen in het laboratorium.
  • Wij hebben onszelf blootgesteld aan de elementen tijdens het kamperen.
  • Jullie hebben jezelf blootgesteld aan emotionele uitdagingen tijdens het toneelspelen.