gebruiken

Conjugations List of Gebruiken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikgebruikgebruikteheb gebruikt
jij, je, ugebruiktgebruiktehebt gebruikt
hij, zij, hetgebruiktgebruikteheeft gebruikt
wijgebruikengebruiktenhebben gebruikt
julliegebruikengebruiktenhebben gebruikt
zij, zegebruikengebruiktenhebben gebruikt

Presens
Beta

Example presens sentences for Gebruiken with some of the pronouns.

  • Ik gebruik mijn telefoon om in contact te blijven met vrienden.
  • Jij gebruikt altijd dezelfde pen om te schrijven.
  • Hij/zij gebruikt een fiets om naar het werk te gaan.
  • Wij gebruiken deze software voor het beheren van onze projecten.
  • Jullie gebruiken vaak de auto voor lange afstanden.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Gebruiken with some of the pronouns.

  • Vroeger gebruikte ik altijd een oude laptop, totdat deze kapot ging.
  • Toen we jong waren, gebruikten we vaak onze verbeelding om avonturen te creëren.
  • Hij/zij gebruikte vroeger deze methode, maar nu heeft hij/zij een andere aanpak.
  • In het verleden gebruikten we papieren kaarten om de weg te vinden.
  • Jullie gebruikten vroeger dit programma, maar nu zijn er betere alternatieven.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Gebruiken with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn nieuwe camera gebruikt om mooie foto's te maken.
  • Jij hebt gisteren je talenten goed gebruikt tijdens de audities.
  • Hij/zij heeft zijn/haar ervaring in de praktijk gebruikt om het probleem op te lossen.
  • Wij hebben de gegevens van de klanten gebruikt om een analyse te maken.
  • Jullie hebben de beschikbare middelen optimaal gebruikt voor het evenement.