goedkeuren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | keur goed | keurde goed | heb goedgekeurd |
jij, je, u | keurt goed | keurde goed | hebt goedgekeurd |
hij, zij, het | keurt goed | keurde goed | heeft goedgekeurd |
wij | keuren goed | keurden goed | hebben goedgekeurd |
jullie | keuren goed | keurden goed | hebben goedgekeurd |
zij, ze | keuren goed | keurden goed | hebben goedgekeurd |
PresensBeta
Example presens sentences for Goedkeuren with some of the pronouns.
- Ik keur de plannen goed.
- Jij keurt de beslissing goed.
- Hij keurt het voorstel goed.
- Wij keuren de nieuwe regels goed.
- Zij keuren de aanpassingen goed.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Goedkeuren with some of the pronouns.
- Ik keurde de plannen goed.
- Jij keurde de beslissing goed.
- Hij keurde het voorstel goed.
- Wij keurden de nieuwe regels goed.
- Zij keurden de aanpassingen goed.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Goedkeuren with some of the pronouns.
- Ik heb de plannen goedgekeurd.
- Jij hebt de beslissing goedgekeurd.
- Hij heeft het voorstel goedgekeurd.
- Wij hebben de nieuwe regels goedgekeurd.
- Zij hebben de aanpassingen goedgekeurd.