honoreren

Conjugations List of Honoreren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikhonoreerhonoreerdeheb gehonoreerd
jij, je, uhonoreerthonoreerdehebt gehonoreerd
hij, zij, hethonoreerthonoreerdeheeft gehonoreerd
wijhonorerenhonoreerdenhebben gehonoreerd
julliehonorerenhonoreerdenhebben gehonoreerd
zij, zehonorerenhonoreerdenhebben gehonoreerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Honoreren with some of the pronouns.

  • Ik honoreer de aanvraag van de student.
  • Jij honoreert de inzet van je collega.
  • Hij/Zij honoreert de prestaties van het team.
  • Wij honoreren de verdiensten van onze medewerkers.
  • Jullie honoreren de wensen van de klant.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Honoreren with some of the pronouns.

  • Ik honoreerde de aanvraag van de student.
  • Jij honoreerde de inzet van je collega.
  • Hij/Zij honoreerde de prestaties van het team.
  • Wij honoreerden de verdiensten van onze medewerkers.
  • Jullie honoreerden de wensen van de klant.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Honoreren with some of the pronouns.

  • Ik heb de aanvraag van de student gehonoreerd.
  • Jij hebt de inzet van je collega gehonoreerd.
  • Hij/Zij heeft de prestaties van het team gehonoreerd.
  • Wij hebben de verdiensten van onze medewerkers gehonoreerd.
  • Jullie hebben de wensen van de klant gehonoreerd.