klasseren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | klasseer | klasseerde | heb geklasseerd |
jij, je, u | klasseert | klasseerde | hebt geklasseerd |
hij, zij, het | klasseert | klasseerde | heeft geklasseerd |
wij | klasseren | klasseerden | hebben geklasseerd |
jullie | klasseren | klasseerden | hebben geklasseerd |
zij, ze | klasseren | klasseerden | hebben geklasseerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Klasseren with some of the pronouns.
- Ik klasseer de documenten in de juiste volgorde.
- Jij klasseert de belangrijke papieren op een nette manier.
- Hij/zij klassseert de dossiers volgens de nieuwe richtlijnen.
- Wij klasseren de bestanden in verschillende categorieën.
- Jullie klasseren de archieven voor de jaarlijkse audit.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Klasseren with some of the pronouns.
- Vroeger klassseerde ik de documenten handmatig.
- Toen jij hier werkte, klassseerde je de belangrijke papieren altijd op tijd.
- Hij/zij klasseerde de dossiers vorig jaar volgens een andere structuur.
- In het verleden klassseerden wij de bestanden op alfabetische volgorde.
- Jullie klassseerden de archieven vaak op de verkeerde manier.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Klasseren with some of the pronouns.
- Ik heb de documenten correct geklasseerd.
- Jij hebt de belangrijke papieren nauwkeurig geclassificeerd.
- Hij/zij heeft de dossiers overzichtelijk ingedeeld.
- Wij hebben de bestanden geordend volgens de nieuwe methode.
- Jullie hebben de archieven zorgvuldig gesorteerd.