losdrukken

Conjugations List of Losdrukken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdruk losdrukte losheb losgedrukt
jij, je, udrukt losdrukte loshebt losgedrukt
hij, zij, hetdrukt losdrukte losheeft losgedrukt
wijdrukken losdrukten loshebben losgedrukt
julliedrukken losdrukten loshebben losgedrukt
zij, zedrukken losdrukten loshebben losgedrukt

Presens
Beta

Example presens sentences for Losdrukken with some of the pronouns.

  • Ik druk los tijdens de les.
  • Jij drukt los op de knoppen.
  • Hij/Zij drukt los met kracht.
  • Wij drukken los van elkaar af.
  • Zij drukken los voorzichtig.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Losdrukken with some of the pronouns.

  • Ik drukte los terwijl ik oefende.
  • Jij drukte los toen je aankwam.
  • Hij/Zij drukte los voordat hij/zij vertrok.
  • Wij drukten los terwijl we samenwerkten.
  • Zij drukten los tijdens de training.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Losdrukken with some of the pronouns.

  • Ik heb losgedrukt toen ik klaar was.
  • Jij hebt losgedrukt na het oefenen.
  • Hij/Zij heeft losgedrukt met succes.
  • Wij hebben losgedrukt tijdens de wedstrijd.
  • Zij hebben losgedrukt zonder problemen.