loswringen

Conjugations List of Loswringen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikwring loswrong losheb losgewrongen
jij, je, uwringt loswrong loshebt losgewrongen
hij, zij, hetwringt loswrong losheeft losgewrongen
wijwringen loswrongen loshebben losgewrongen
julliewringen loswrongen loshebben losgewrongen
zij, zewringen loswrongen loshebben losgewrongen

Presens
Beta

Example presens sentences for Loswringen with some of the pronouns.

  • Ik wring los.
  • Jij wringt los.
  • Hij/zij/het wringt los.
  • Wij wringen los.
  • Jullie wringen los.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Loswringen with some of the pronouns.

  • Ik wrong los.
  • Jij wrong los.
  • Hij/zij/het wrong los.
  • Wij wrongen los.
  • Jullie wrongen los.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Loswringen with some of the pronouns.

  • Ik heb losgewrongen.
  • Jij hebt losgewrongen.
  • Hij/zij/het heeft losgewrongen.
  • Wij hebben losgewrongen.
  • Jullie hebben losgewrongen.