miskijken
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | miskijk | miskeek | heb miskeken |
| jij, je, u | miskijkt | miskeek | hebt miskeken |
| hij, zij, het | miskijkt | miskeek | heeft miskeken |
| wij | miskijken | miskeken | hebben miskeken |
| jullie | miskijken | miskeken | hebben miskeken |
| zij, ze | miskijken | miskeken | hebben miskeken |
PresensBeta
Example presens sentences for Miskijken with some of the pronouns.
- Ik kijk vaak mis tijdens het lezen van de krant.
- Jij kijkt soms mis bij het schatten van afstanden.
- Hij kijkt altijd mis als hij probeert te mikken met een bal.
- Zij kijken regelmatig mis tijdens het spelletje darten.
- We kijken zelden mis tijdens het kijken naar films.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Miskijken with some of the pronouns.
- Toen ik jong was, keek ik vaak mis tijdens het fietsen.
- Vroeger keek jij regelmatig mis tijdens het gooien van een frisbee.
- Hij keek altijd mis als hij naar de sterren staarde.
- Zij keken vroeger regelmatig mis tijdens het tennissen.
- We keken vaak mis tijdens het spelen van verstoppertje.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Miskijken with some of the pronouns.
- Ik heb gisteren misgekeken tijdens de wedstrijd.
- Jij bent vorige week misgekeken bij het invullen van het formulier.
- Hij is al meerdere keren misgekeken tijdens het autorijden.
- Zij hebben vandaag misgekeken bij het oplossen van de puzzel.
- We zijn onlangs misgekeken tijdens het inschatten van de kosten.