omboorden

Conjugations List of Omboorden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikboord omboordde omheb omgeboord
jij, je, uboordt omboordde omhebt omgeboord
hij, zij, hetboordt omboordde omheeft omgeboord
wijboorden omboordden omhebben omgeboord
jullieboorden omboordden omhebben omgeboord
zij, zeboorden omboordden omhebben omgeboord

Presens

Example presens sentences for Omboorden with some of the pronouns.

  • Ik omboord
  • Jij omboort
  • Hij/Zij/Het omboort
  • Wij omboorden
  • Jullie omboorden

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Omboorden with some of the pronouns.

  • Ik omboorde
  • Jij omboorde
  • Hij/Zij/Het omboorde
  • Wij omboorden
  • Jullie omboorden

Perfectum

Example perfectum sentences for Omboorden with some of the pronouns.

  • Ik heb omgeboord
  • Jij hebt omgeboord
  • Hij/Zij/Het heeft omgeboord
  • Wij hebben omgeboord
  • Jullie hebben omgeboord