omgooien

Conjugations List of Omgooien.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikgooi omgooide omheb omgegooid
jij, je, ugooit omgooide omhebt omgegooid
hij, zij, hetgooit omgooide omheeft omgegooid
wijgooien omgooiden omhebben omgegooid
julliegooien omgooiden omhebben omgegooid
zij, zegooien omgooiden omhebben omgegooid

Presens
Beta

Example presens sentences for Omgooien with some of the pronouns.

  • Ik gooi de bal om.
  • Jij gooit de glazen omver.
  • Hij gooit zijn plannen om.
  • Wij gooien de tafel om.
  • Zij gooien de stenen om.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Omgooien with some of the pronouns.

  • Ik gooide de bal om.
  • Jij gooide de glazen omver.
  • Hij gooide zijn plannen om.
  • Wij gooiden de tafel om.
  • Zij gooiden de stenen om.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Omgooien with some of the pronouns.

  • Ik heb de bal omgegooid.
  • Jij hebt de glazen omvergegooid.
  • Hij heeft zijn plannen omgegooid.
  • Wij hebben de tafel omgegooid.
  • Zij hebben de stenen omgegooid.