omslaan

Conjugations List of Omslaan.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iksla omsloeg omheb omgeslagen
jij, je, uslaat omsloeg omhebt omgeslagen
hij, zij, hetslaat omsloeg omheeft omgeslagen
wijslaan omsloegen omhebben omgeslagen
jullieslaan omsloegen omhebben omgeslagen
zij, zeslaan omsloegen omhebben omgeslagen

Presens
Beta

Example presens sentences for Omslaan with some of the pronouns.

  • Ik sla het boek om.
  • Jij slaat de pagina's van de krant om.
  • Hij slaat de bladzijden snel om.
  • Zij slaat het liedboek open.
  • Wij slaan de kaart om voor meer informatie.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Omslaan with some of the pronouns.

  • Ik sloeg het boek om.
  • Jij sloeg de pagina's van de krant om.
  • Hij sloeg de bladzijden snel om.
  • Zij sloeg het liedboek open.
  • Wij sloegen de kaart om voor meer informatie.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Omslaan with some of the pronouns.

  • Ik heb het boek omgeslagen.
  • Jij hebt de pagina's van de krant omgeslagen.
  • Hij heeft de bladzijden snel omgeslagen.
  • Zij heeft het liedboek opengeslagen.
  • Wij hebben de kaart omgeslagen voor meer informatie.