omvademen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | omvadem | omvademde | heb omvademd |
jij, je, u | omvademt | omvademde | hebt omvademd |
hij, zij, het | omvademt | omvademde | heeft omvademd |
wij | omvademen | omvademden | hebben omvademd |
jullie | omvademen | omvademden | hebben omvademd |
zij, ze | omvademen | omvademden | hebben omvademd |
PresensBeta
Example presens sentences for Omvademen with some of the pronouns.
- Ik omvadem
- Jij omvademt
- Hij/Zij/Het omvadement
- Wij omvademen
- Jullie omvademen
- Zij omvademen
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Omvademen with some of the pronouns.
- Ik omvademde
- Jij omvademde
- Hij/Zij/Het omvademde
- Wij omvademden
- Jullie omvademden
- Zij omvademden
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Omvademen with some of the pronouns.
- Ik heb omvademd
- Jij hebt omvademd
- Hij/Zij/Het heeft omvademd
- Wij hebben omvademd
- Jullie hebben omvademd
- Zij hebben omvademd