onderschoren
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | onderschoor | onderschoorde | heb onderschoord |
| jij, je, u | onderschoort | onderschoorde | hebt onderschoord |
| hij, zij, het | onderschoort | onderschoorde | heeft onderschoord |
| wij | onderschoren | onderschoorden | hebben onderschoord |
| jullie | onderschoren | onderschoorden | hebben onderschoord |
| zij, ze | onderschoren | onderschoorden | hebben onderschoord |
PresensBeta
Example presens sentences for Onderschoren with some of the pronouns.
- Ik onderstreep de belangrijkste punten in de tekst.
- Jij onderstreept altijd alle woorden in je notities.
- Hij/Zij onderstreept de titel van het boek.
- Wij onderstrepen de essentiële informatie in onze presentatie.
- Jullie onderstrepen de kernwoorden in de samenvatting.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Onderschoren with some of the pronouns.
- Ik onderstreepte de belangrijkste punten in de tekst.
- Jij onderstreepte altijd alle woorden in je notities.
- Hij/Zij onderstreepte de titel van het boek.
- Wij onderstreepten de essentiële informatie in onze presentatie.
- Jullie onderstreepten de kernwoorden in de samenvatting.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Onderschoren with some of the pronouns.
- Ik heb de belangrijkste punten in de tekst onderstreept.
- Jij hebt altijd alle woorden in je notities onderstreept.
- Hij/Zij heeft de titel van het boek onderstreept.
- Wij hebben de essentiële informatie in onze presentatie onderstreept.
- Jullie hebben de kernwoorden in de samenvatting onderstreept.