stimuleren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | stimuleer | stimuleerde | heb gestimuleerd |
jij, je, u | stimuleert | stimuleerde | hebt gestimuleerd |
hij, zij, het | stimuleert | stimuleerde | heeft gestimuleerd |
wij | stimuleren | stimuleerden | hebben gestimuleerd |
jullie | stimuleren | stimuleerden | hebben gestimuleerd |
zij, ze | stimuleren | stimuleerden | hebben gestimuleerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Stimuleren with some of the pronouns.
- Ik stimuleer mijn team om beter te presteren.
- Jij stimuleert de creativiteit van anderen.
- Hij stimuleert de economische groei in het land.
- Wij stimuleren duurzaam gedrag bij onze klanten.
- Zij stimuleren de ontwikkeling van nieuwe technologieën.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Stimuleren with some of the pronouns.
- Vroeger stimuleerde ik mijn broer om sportiever te zijn.
- Toen ik jong was, stimuleerde mijn leraar mijn interesse in wetenschap.
- Hij stimuleerde de samenwerking tussen verschillende afdelingen.
- Wij stimuleerden de deelname aan culturele activiteiten.
- Zij stimuleerden hun medewerkers om nieuwe vaardigheden te verwerven.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Stimuleren with some of the pronouns.
- Ik heb mijn collega's gestimuleerd om mee te doen aan het project.
- Jij hebt de verkoopcijfers aanzienlijk gestimuleerd.
- Hij heeft haar talenten gestimuleerd om te bloeien.
- Wij hebben het lezen onder kinderen gestimuleerd.
- Zij hebben het gebruik van hernieuwbare energie gestimuleerd.