onderverhuren
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | verhuur onder | verhuurde onder | heb onderverhuurd |
| jij, je, u | verhuurt onder | verhuurde onder | hebt onderverhuurd |
| hij, zij, het | verhuurt onder | verhuurde onder | heeft onderverhuurd |
| wij | verhuren onder | verhuurden onder | hebben onderverhuurd |
| jullie | verhuren onder | verhuurden onder | hebben onderverhuurd |
| zij, ze | verhuren onder | verhuurden onder | hebben onderverhuurd |
PresensBeta
Example presens sentences for Onderverhuren with some of the pronouns.
- Ik onderverhuur mijn appartement aan een student.
- Jij onderverhuurt je kamer voor de zomermaanden.
- Hij/Zij onderverhuurt zijn/haar huis tijdens zijn/haar vakantie.
- Wij onderverhuren onze woning via een online platform.
- Jullie onderverhuren de garage aan de buurman.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Onderverhuren with some of the pronouns.
- Vroeger onderverhuurde ik mijn appartement regelmatig aan vrienden.
- Toen ik op reis was, onderverhuurde jij je kamer aan een tijdelijke huurder.
- Hij/Zij onderverhuurde zijn/haar huis tijdens zijn/haar verblijf in het buitenland.
- In het verleden onderverhuurden wij onze woning voor korte periodes.
- Jullie onderverhuurden de garage vaak aan familie en vrienden.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Onderverhuren with some of the pronouns.
- Ik heb mijn appartement onderverhuurd aan een internationale student.
- Jij hebt je kamer al eerder onderverhuurd.
- Hij/Zij heeft zijn/haar huis vorig jaar onderverhuurd tijdens zijn/haar sabbatical.
- Wij hebben onze woning succesvol onderverhuurd voor de feestdagen.
- Jullie hebben de garage al meerdere keren onderverhuurd aan verschillende mensen.