overtelegraferen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | telegrafeer over | telegrafeerde over | heb overgetelegrafeerd |
jij, je, u | telegrafeert over | telegrafeerde over | hebt overgetelegrafeerd |
hij, zij, het | telegrafeert over | telegrafeerde over | heeft overgetelegrafeerd |
wij | telegraferen over | telegrafeerden over | hebben overgetelegrafeerd |
jullie | telegraferen over | telegrafeerden over | hebben overgetelegrafeerd |
zij, ze | telegraferen over | telegrafeerden over | hebben overgetelegrafeerd |
Presens
Example presens sentences for Overtelegraferen with some of the pronouns.
- Ik overtelegrafeer regelmatig belangrijke documenten.
- Jij overtelegrafeert de boodschap naar het hoofdkantoor.
- Hij overtelegrafeert de informatie naar zijn collega's.
- Zij overtelegrafeert het nieuwsbericht naar de redactie.
- Wij overtelegraferen de gegevens naar de klant.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Overtelegraferen with some of the pronouns.
- Vroeger overtelegrafeerde ik brieven voor mijn ouders.
- Toen ik jong was, overtelegrafeerde ik vaak geheime boodschappen.
- Hij overtelegrafeerde altijd de orders naar de fabriek.
- Zij overtelegrafeerde het verslag terwijl ik toekeek.
- Als kind overtelegrafeerden wij elkaar speelse berichten.
Perfectum
Example perfectum sentences for Overtelegraferen with some of the pronouns.
- Ik heb overtelegrafeerd wat je had gevraagd.
- Jij hebt de berichten overgetelegrafeerd naar de juiste personen.
- Hij heeft alle rapporten overtelegrafeerd naar de directeur.
- Zij heeft de bestanden overgetelegrafeerd naar de externe harde schijf.
- Wij hebben de instructies overtelegraferen naar het team afgerond.