overtreffen

Conjugations List of Overtreffen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikovertrefovertrofheb overtroffen
jij, je, uovertreftovertrofhebt overtroffen
hij, zij, hetovertreftovertrofheeft overtroffen
wijovertreffenovertroffenhebben overtroffen
jullieovertreffenovertroffenhebben overtroffen
zij, zeovertreffenovertroffenhebben overtroffen

Presens
Beta

Example presens sentences for Overtreffen with some of the pronouns.

  • Ik overtreff
  • Jij overtreft
  • Hij/Zij/Het overtreft
  • Wij overtreffen
  • Jullie overtreffen

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Overtreffen with some of the pronouns.

  • Ik overtrof
  • Jij overtrof
  • Hij/Zij/Het overtrof
  • Wij overtroffen
  • Jullie overtroffen

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Overtreffen with some of the pronouns.

  • Ik heb overtroffen
  • Jij hebt overtroffen
  • Hij/Zij/Het heeft overtroffen
  • Wij hebben overtroffen
  • Jullie hebben overtroffen