palmen

Conjugations List of Palmen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikpalmpalmdeheb gepalmd
jij, je, upalmtpalmdehebt gepalmd
hij, zij, hetpalmtpalmdeheeft gepalmd
wijpalmenpalmdenhebben gepalmd
julliepalmenpalmdenhebben gepalmd
zij, zepalmenpalmdenhebben gepalmd

Presens
Beta

Example presens sentences for Palmen with some of the pronouns.

  • Ik palm een vakantiehuis in Spanje.
  • Jij palmt de hoofdrol in het toneelstuk.
  • Hij/zij/het palmt de leiding over het project.
  • Wij palmen de strandstoelen in op het strand.
  • Jullie palmen de markt in met jullie nieuwe product.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Palmen with some of the pronouns.

  • Ik palmde vroeger vaak vakantiehuizen in Spanje.
  • Jij palmde altijd de hoofdrol in het toneelstuk in.
  • Hij/zij/het palmde vroeger de leiding over het project in.
  • Wij palmden vroeger regelmatig strandstoelen in op het strand.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Palmen with some of the pronouns.

  • Ik heb een vakantiehuis in Spanje gepalmd.
  • Jij hebt de hoofdrol in het toneelstuk gepalmd.
  • Hij/zij/het heeft de leiding over het project gepalmd.
  • Wij hebben de strandstoelen in gepalmd op het strand.
  • Jullie hebben de markt in gepalmd met jullie nieuwe product.