disablen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | disable | disabelde | heb gedisabeld |
jij, je, u | disablet | disabelde | hebt gedisabeld |
hij, zij, het | disablet | disabelde | heeft gedisabeld |
wij | disablen | disabelden | hebben gedisabeld |
jullie | disablen | disabelden | hebben gedisabeld |
zij, ze | disablen | disabelden | hebben gedisabeld |
PresensBeta
Example presens sentences for Disablen with some of the pronouns.
- Ik disable de functie op de computer.
- Jij disabled de instellingen van je telefoon.
- Hij/zij disablet de automatische updates.
- Wij disablen de beveiligingsmaatregelen.
- Jullie disablen de accounts van gebruikers.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Disablen with some of the pronouns.
- Ik disablede de functie op de computer.
- Jij disablede de instellingen van je telefoon.
- Hij/zij disablede de automatische updates.
- Wij disableden de beveiligingsmaatregelen.
- Jullie disableden de accounts van gebruikers.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Disablen with some of the pronouns.
- Ik heb de functie op de computer disabled.
- Jij hebt de instellingen van je telefoon gedisabled.
- Hij/zij heeft de automatische updates disabled.
- Wij hebben de beveiligingsmaatregelen gedisabled.
- Jullie hebben de accounts van gebruikers gedisabled.