populariseren
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | populariseer | populariseerde | heb gepopulariseerd |
| jij, je, u | populariseert | populariseerde | hebt gepopulariseerd |
| hij, zij, het | populariseert | populariseerde | heeft gepopulariseerd |
| wij | populariseren | populariseerden | hebben gepopulariseerd |
| jullie | populariseren | populariseerden | hebben gepopulariseerd |
| zij, ze | populariseren | populariseerden | hebben gepopulariseerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Populariseren with some of the pronouns.
- Ik populariseer nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen.
- Jij populariseert kunst en cultuur bij jongeren.
- Hij/Zij populariseert duurzaamheid in de mode-industrie.
- Wij populariseren gezonde voeding en een actieve levensstijl.
- Jullie populariseren moderne technologieën in het onderwijs.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Populariseren with some of the pronouns.
- Vroeger populariseerde ik klassieke muziek via de radio.
- Toen ik jong was, populariseerde ik de Nederlandse literatuur onder mijn vrienden.
- Hij/Zij maakte vorig jaar een documentaire die het bewustzijn omtrent klimaatverandering vergrootte.
- Wij verspreidden informatie over gezonde gewoontes en populariseerden die.
- Jullie zorgden ervoor dat deze sporttak in populariteit toenam door evenementen te organiseren.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Populariseren with some of the pronouns.
- Ik heb nieuwe ideeën succesvol gepopulariseerd.
- Jij hebt de biologieles populair gemaakt onder studenten.
- Hij/Zij heeft de muziek van deze band bekend gemaakt.
- Wij hebben het belang van recycling benadrukt en populair gemaakt.
- Jullie hebben de boeken van deze schrijver wereldwijd verspreid en geliefd gemaakt.