reactiveren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | reactiveer | reactiveerde | heb gereactiveerd |
jij, je, u | reactiveert | reactiveerde | hebt gereactiveerd |
hij, zij, het | reactiveert | reactiveerde | heeft gereactiveerd |
wij | reactiveren | reactiveerden | hebben gereactiveerd |
jullie | reactiveren | reactiveerden | hebben gereactiveerd |
zij, ze | reactiveren | reactiveerden | hebben gereactiveerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Reactiveren with some of the pronouns.
- Ik reactiveer mijn abonnement op de sportschool.
- Jij reactiveert regelmatig oude foto's op sociale media.
- Hij/Zij/Het reactiveert de economie met nieuwe investeringen.
- Wij reactiveren het project na een korte pauze.
- Jullie reactiveren de oude tradities tijdens het feest.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Reactiveren with some of the pronouns.
- Vroeger reactiveerde ik altijd snel op e-mails, maar nu doe ik dat minder vaak.
- Toen we jonger waren, reageerde je altijd zo enthousiast op cadeaus.
- Hij/Zij/Het reageerde nerveus tijdens het sollicitatiegesprek.
- Wij reageerden teleurgesteld op het nieuws.
- Jullie reageerden spontaan op de uitnodiging.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Reactiveren with some of the pronouns.
- Ik heb mijn lidmaatschap van de vereniging gereactiveerd.
- Jij hebt de oude website gereactiveerd.
- Hij/Zij/Het heeft de inactieve gebruikersaccounts gereactiveerd.
- Wij hebben de discussie weer gereactiveerd.
- Jullie hebben de verloren interesse in het onderwerp gereactiveerd.