schoolmeesteren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | schoolmeester | schoolmeesterde | heb geschoolmeesterd |
jij, je, u | schoolmeestert | schoolmeesterde | hebt geschoolmeesterd |
hij, zij, het | schoolmeestert | schoolmeesterde | heeft geschoolmeesterd |
wij | schoolmeesteren | schoolmeesterden | hebben geschoolmeesterd |
jullie | schoolmeesteren | schoolmeesterden | hebben geschoolmeesterd |
zij, ze | schoolmeesteren | schoolmeesterden | hebben geschoolmeesterd |
PresensBeta
Example presens sentences for Schoolmeesteren with some of the pronouns.
- Ik schoolmeester in de klas.
- Jij schoolmeestert met veel enthousiasme.
- Hij/zij schoolmeestert al jarenlang.
- Wij schoolmeesteren graag tijdens de lesuren.
- Jullie schoolmeesteren met zorg en geduld.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Schoolmeesteren with some of the pronouns.
- Ik schoolmeesterde vroeger in de klas.
- Jij schoolmeesterde met veel enthousiasme in het verleden.
- Hij/zij schoolmeesterde al jarenlang voordat hij/zij met pensioen ging.
- Wij schoolmeesterden graag tijdens de lesuren van vorig jaar.
- Jullie schoolmeesterden met zorg en geduld toen jullie nog studenten waren.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Schoolmeesteren with some of the pronouns.
- Ik heb geschoolmeesterd in de klas.
- Jij hebt met veel enthousiasme geschoolmeesterd.
- Hij/zij heeft al jarenlang geschoolmeesterd.
- Wij hebben graag tijdens de lesuren geschoolmeesterd.
- Jullie hebben met zorg en geduld geschoolmeesterd.