abaisseren

Conjugations List of Abaisseren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikabaisseerabaisseerdeheb geabaisseerd
jij, je, uabaisseertabaisseerdehebt geabaisseerd
hij, zij, hetabaisseertabaisseerdeheeft geabaisseerd
wijabaisserenabaisseerdenhebben geabaisseerd
jullieabaisserenabaisseerdenhebben geabaisseerd
zij, zeabaisserenabaisseerdenhebben geabaisseerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Abaisseren with some of the pronouns.

  • Ik abaisseer de prijzen van mijn producten.
  • Jij abaisseert je verwachtingen te veel.
  • Hij/Zij/Het abaisseert de kwaliteit van het werk.
  • Wij abaisseeren onze standaarden niet.
  • Jullie abaisseeren de normen van fatsoen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Abaisseren with some of the pronouns.

  • Ik abaisseerde de prijzen van mijn producten.
  • Jij abaisseerde je verwachtingen te veel.
  • Hij/Zij/Het abaisseerde de kwaliteit van het werk.
  • Wij abaisseerden onze standaarden niet.
  • Jullie abaisseerden de normen van fatsoen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Abaisseren with some of the pronouns.

  • Ik heb de prijzen van mijn producten geabaisseerd.
  • Jij hebt je verwachtingen te veel geabaisseerd.
  • Hij/Zij/Het heeft de kwaliteit van het werk geabaisseerd.
  • Wij hebben onze standaarden niet geabaisseerd.
  • Jullie hebben de normen van fatsoen geabaisseerd.