softballen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | softbal | softbalde | heb gesoftbald |
jij, je, u | softbalt | softbalde | hebt gesoftbald |
hij, zij, het | softbalt | softbalde | heeft gesoftbald |
wij | softballen | softbalden | hebben gesoftbald |
jullie | softballen | softbalden | hebben gesoftbald |
zij, ze | softballen | softbalden | hebben gesoftbald |
PresensBeta
Example presens sentences for Softballen with some of the pronouns.
- Ik softball
- Jij softballt
- Hij/Zij softballt
- Wij softballen
- Zij softballen
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Softballen with some of the pronouns.
- Ik softbalde
- Jij softbalde
- Hij/Zij softbalde
- Wij softbalden
- Zij softbalden
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Softballen with some of the pronouns.
- Ik heb softball gespeeld
- Jij hebt softball gespeeld
- Hij/Zij heeft softball gespeeld
- Wij hebben softball gespeeld
- Zij hebben softball gespeeld