structureren
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | structureer | structureerde | heb gestructureerd |
| jij, je, u | structureert | structureerde | hebt gestructureerd |
| hij, zij, het | structureert | structureerde | heeft gestructureerd |
| wij | structureren | structureerden | hebben gestructureerd |
| jullie | structureren | structureerden | hebben gestructureerd |
| zij, ze | structureren | structureerden | hebben gestructureerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Structureren with some of the pronouns.
- Ik structureer de gegevens voor het rapport.
- Jij structureert de informatie op een logische manier.
- Hij structureert het projectplan zorgvuldig.
- Wij structureren de presentatie voor morgen.
- Zij structureert haar gedachten voordat ze begint te schrijven.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Structureren with some of the pronouns.
- Vroeger structureerde ik mijn werk niet zo goed.
- Toen ik jong was, structureerde ik mijn tijd niet efficiënt.
- Hij structureerde zijn gedachten niet duidelijk tijdens de vergadering.
- Wij structureerden onze projecten op een andere manier in het verleden.
- Zij structureerden de informatie niet systematisch zoals nu.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Structureren with some of the pronouns.
- Ik heb de documenten gestructureerd volgens de richtlijnen.
- Jij hebt de website goed gestructureerd.
- Hij heeft de financiële gegevens nauwkeurig gestructureerd.
- Wij hebben de agenda's efficiënt gestructureerd.
- Zij hebben de takenlijst overzichtelijk gestructureerd.