tantaliseren

Conjugations List of Tantaliseren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iktantaliseertantaliseerdeheb getantaliseerd
jij, je, utantaliseerttantaliseerdehebt getantaliseerd
hij, zij, hettantaliseerttantaliseerdeheeft getantaliseerd
wijtantaliserentantaliseerdenhebben getantaliseerd
jullietantaliserentantaliseerdenhebben getantaliseerd
zij, zetantaliserentantaliseerdenhebben getantaliseerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Tantaliseren with some of the pronouns.

  • Ik tantaliseer mijn studenten met uitdagende opdrachten.
  • Jij tantaliseert de smaakpapillen van je gasten met heerlijke gerechten.
  • Hij/zij tantaliseert het publiek met zijn/haar magische optreden.
  • Wij tantaliseren onszelf met spannende boeken.
  • Jullie tantaliseren de nieuwsgierigheid van de kinderen met interessante experimenten.
  • Zij tantaliseren de zintuigen van de bezoekers met kleurrijke kunstwerken.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Tantaliseren with some of the pronouns.

  • Ik tantaliseerde mijn studenten met uitdagende opdrachten.
  • Jij tantaliseerde de smaakpapillen van je gasten met heerlijke gerechten.
  • Hij/zij tantaliseerde het publiek met zijn/haar magische optreden.
  • Wij tantaliseerden onszelf met spannende boeken.
  • Jullie tantaliseerden de nieuwsgierigheid van de kinderen met interessante experimenten.
  • Zij tantaliseerden de zintuigen van de bezoekers met kleurrijke kunstwerken.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Tantaliseren with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn studenten met uitdagende opdrachten getantaliseerd.
  • Jij hebt de smaakpapillen van je gasten met heerlijke gerechten getantaliseerd.
  • Hij/zij heeft het publiek met zijn/haar magische optreden getantaliseerd.
  • Wij hebben onszelf met spannende boeken getantaliseerd.
  • Jullie hebben de nieuwsgierigheid van de kinderen met interessante experimenten getantaliseerd.
  • Zij hebben de zintuigen van de bezoekers met kleurrijke kunstwerken getantaliseerd.