terechthelpen

Conjugations List of Terechthelpen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikhelp terechthielp terechtheb terechtgeholpen
jij, je, uhelpt terechthielp terechthebt terechtgeholpen
hij, zij, hethelpt terechthielp terechtheeft terechtgeholpen
wijhelpen terechthielpen terechthebben terechtgeholpen
julliehelpen terechthielpen terechthebben terechtgeholpen
zij, zehelpen terechthielpen terechthebben terechtgeholpen

Presens

Example presens sentences for Terechthelpen with some of the pronouns.

  • Ik terechthelp de studenten met hun vragen.
  • Jij terechthelpt de mensen in nood.
  • Hij/zij terechthelpt de klanten bij het oplossen van problemen.
  • Wij terechthelpen de gemeenschap door vrijwilligerswerk te doen.
  • Jullie terechthelpen anderen met jullie expertise.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Terechthelpen with some of the pronouns.

  • Ik terechthielp de studenten met hun vragen.
  • Jij terechthielp de mensen in nood.
  • Hij/zij terechthielp de klanten bij het oplossen van problemen.
  • Wij terechthielpen de gemeenschap door vrijwilligerswerk te doen.
  • Jullie terechthielpen anderen met jullie expertise.

Perfectum

Example perfectum sentences for Terechthelpen with some of the pronouns.

  • Ik heb de studenten terechtgeholpen met hun vragen.
  • Jij hebt de mensen in nood terechtgeholpen.
  • Hij/zij heeft de klanten terechtgeholpen bij het oplossen van problemen.
  • Wij hebben de gemeenschap terechtgeholpen door vrijwilligerswerk te doen.
  • Jullie hebben anderen terechtgeholpen met jullie expertise.