toeprangen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | prang toe | prangde toe | heb toegeprangd |
jij, je, u | prangt toe | prangde toe | hebt toegeprangd |
hij, zij, het | prangt toe | prangde toe | heeft toegeprangd |
wij | prangen toe | prangden toe | hebben toegeprangd |
jullie | prangen toe | prangden toe | hebben toegeprangd |
zij, ze | prangen toe | prangden toe | hebben toegeprangd |
PresensBeta
Example presens sentences for Toeprangen with some of the pronouns.
- Ik toeprang de situatie om een oplossing te vinden.
- Jij toeprangt je kennis in de praktijk.
- Hij/Zij/Het toeprangt zijn/haar vaardigheden tijdens de wedstrijd.
- Wij toeprangen de nieuwe technologieën in ons bedrijf.
- Jullie toeprangen de regels van het spel.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Toeprangen with some of the pronouns.
- Ik paste de strategie toe in mijn vorige baan.
- Jij paste de technieken toe tijdens de training.
- Hij/Zij/Het paste zijn/haar kennis toe in de praktijk.
- Wij pasten de regels toe in het spel.
- Jullie pasten de geleerde vaardigheden toe in jullie werk.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Toeprangen with some of the pronouns.
- Ik heb toegepast wat ik geleerd heb.
- Jij hebt je kennis toegepast in de presentatie.
- Hij/Zij/Het heeft zijn/haar ervaringen toegepast in het project.
- Wij hebben de nieuwe methoden toegepast in onze productie.
- Jullie hebben de geleerde theorieën toegepast in de oefeningen.