toezingen

Conjugations List of Toezingen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikzing toezong toeheb toegezongen
jij, je, uzingt toezong toehebt toegezongen
hij, zij, hetzingt toezong toeheeft toegezongen
wijzingen toezongen toehebben toegezongen
julliezingen toezongen toehebben toegezongen
zij, zezingen toezongen toehebben toegezongen

Presens
Beta

Example presens sentences for Toezingen with some of the pronouns.

  • Ik zing een liedje voor haar.
  • Jij zingt altijd zo mooi.
  • Hij zingt graag in het koor.
  • Wij zingen samen in de auto.
  • Zij zingen elke avond voor het slapengaan.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Toezingen with some of the pronouns.

  • Ik zong vroeger vaak voor haar.
  • Jij zong altijd met veel passie.
  • Hij zong vroeger in het koor.
  • Wij zongen luidkeels tijdens de reis.
  • Zij zongen vroeger veel liedjes.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Toezingen with some of the pronouns.

  • Ik heb haar een liedje toegezongen.
  • Jij hebt altijd zo mooi gezongen.
  • Hij heeft vaak in het koor gezongen.
  • Wij hebben samen in de auto gezongen.
  • Zij hebben elke avond voor het slapengaan gezongen.