uitventen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | vent uit | ventte uit | heb uitgevent |
jij, je, u | vent uit | ventte uit | hebt uitgevent |
hij, zij, het | vent uit | ventte uit | heeft uitgevent |
wij | venten uit | ventten uit | hebben uitgevent |
jullie | venten uit | ventten uit | hebben uitgevent |
zij, ze | venten uit | ventten uit | hebben uitgevent |
PresensBeta
Example presens sentences for Uitventen with some of the pronouns.
- Ik vent uit op de markt.
- Jij vent uit bij evenementen.
- Hij/Zij/Het vent uit met nieuwe producten.
- Wij venten uit in verschillende steden.
- Jullie venten uit op sociale media.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Uitventen with some of the pronouns.
- Ik ventte uit op de markt.
- Jij ventte uit bij evenementen.
- Hij/Zij/Het ventte uit met nieuwe producten.
- Wij ventten uit in verschillende steden.
- Jullie ventten uit op sociale media.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Uitventen with some of the pronouns.
- Ik heb uitgevent op de markt.
- Jij hebt uitgevent bij evenementen.
- Hij/Zij/Het heeft uitgevent met nieuwe producten.
- Wij hebben uitgevent in verschillende steden.
- Jullie hebben uitgevent op sociale media.