vermenselijken

Conjugations List of Vermenselijken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvermenselijkvermenselijkteheb vermenselijkt
jij, je, uvermenselijktvermenselijktehebt vermenselijkt
hij, zij, hetvermenselijktvermenselijkteheeft vermenselijkt
wijvermenselijkenvermenselijktenhebben vermenselijkt
jullievermenselijkenvermenselijktenhebben vermenselijkt
zij, zevermenselijkenvermenselijktenhebben vermenselijkt

Presens
Beta

Example presens sentences for Vermenselijken with some of the pronouns.

  • Ik vermenselijk de natuur in mijn schilderijen.
  • Jij vermenselijkt de dierenwereld met je verzorging.
  • Hij vermenselijkt machines door ze emoties toe te schrijven.
  • Zij vermenselijken historische figuren in hun toneelstukken.
  • Wij vermenselijken abstracte concepten in ons onderzoek.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Vermenselijken with some of the pronouns.

  • Ik vermenselijkte de natuur in mijn schilderijen.
  • Jij vermenselijkte de dierenwereld met je verzorging.
  • Hij vermenselijkte machines door ze emoties toe te schrijven.
  • Zij vermenselijkten historische figuren in hun toneelstukken.
  • Wij vermenselijkten abstracte concepten in ons onderzoek.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Vermenselijken with some of the pronouns.

  • Ik heb de natuur vermenselijkt in mijn schilderijen.
  • Jij hebt de dierenwereld vermenselijkt met je verzorging.
  • Hij heeft machines vermenselijkt door ze emoties toe te schrijven.
  • Zij hebben historische figuren vermenselijkt in hun toneelstukken.
  • Wij hebben abstracte concepten vermenselijkt in ons onderzoek.