versmallen
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | versmal | versmalde | heb versmald |
| jij, je, u | versmalt | versmalde | hebt versmald |
| hij, zij, het | versmalt | versmalde | heeft versmald |
| wij | versmallen | versmalden | hebben versmald |
| jullie | versmallen | versmalden | hebben versmald |
| zij, ze | versmallen | versmalden | hebben versmald |
Presens
Example presens sentences for Versmallen with some of the pronouns.
- De straat versmalt naar het einde toe.
- Ik versmal de opening van de fles om morsen te voorkomen.
- Jij versmalt je focus door zoveel tegelijkertijd te doen.
- Hij versmalt zijn keuze tot slechts twee opties.
- Wij versmallen het pad om meer ruimte te creëren.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Versmallen with some of the pronouns.
- Vroeger versmalde de weg op dit punt, maar ze hebben het verbreed.
- De politicus versmalde zijn standpunt na de feedback van het publiek.
- Toen ik jong was, versmalden mijn interesses zich tot muziek en kunst.
- Het water versmalde geleidelijk terwijl het de berg afstroomde.
- Tijdens de renovatie versmalde de gang tijdelijk, maar werd daarna weer breder gemaakt.
Perfectum
Example perfectum sentences for Versmallen with some of the pronouns.
- Ik heb de opening van de doos versmald voor een betere pasvorm.
- Jullie hebben de ingang van het gebouw versmald om de beveiliging te verbeteren.
- Zij heeft haar aandacht versmald tot één specifiek onderwerp.
- We hebben de rivier versmald om overstromingen te voorkomen.
- De architect heeft het ontwerp van het huis versmald voor een slanker uiterlijk.