verwelken

Conjugations List of Verwelken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverwelkverwelkteben verwelkt
jij, je, uverwelktverwelktebent verwelkt
hij, zij, hetverwelktverwelkteis verwelkt
wijverwelkenverwelktenzijn verwelkt
jullieverwelkenverwelktenzijn verwelkt
zij, zeverwelkenverwelktenzijn verwelkt

Presens

Example presens sentences for Verwelken with some of the pronouns.

  • De bloemen verwelken snel in de hitte.
  • Ik verwelk elke dag een beetje meer zonder jou.
  • Jij verwelkt nooit in moeilijke situaties.
  • De planten verwelken als ze geen water krijgen.
  • Wij verwelken niet onder druk; we gedijen juist.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Verwelken with some of the pronouns.

  • De bloemen verwelkten terwijl ik ze probeerde te redden.
  • Ik verwelkte telkens als je me afwees.
  • Jij verwelkte vaak tijdens stressvolle momenten.
  • De planten verwelkten langzaam toen we op vakantie waren.
  • Wij verwelkten altijd bij negatieve kritiek, maar nu niet meer.

Perfectum

Example perfectum sentences for Verwelken with some of the pronouns.

  • De bloemen zijn verwelkt na de hete zomer.
  • Ik ben langzaam verwelkt toen ik mijn passie verloor.
  • Jij bent nooit eerder zo verwelkt geweest.
  • De planten zijn verwelkt door gebrek aan verzorging.
  • Wij zijn opgegroeid in een omgeving waarin hoop verwelkt is.