voortstormen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | storm voort | stormde voort | heb voortgestormd |
jij, je, u | stormt voort | stormde voort | hebt voortgestormd |
hij, zij, het | stormt voort | stormde voort | heeft voortgestormd |
wij | stormen voort | stormden voort | hebben voortgestormd |
jullie | stormen voort | stormden voort | hebben voortgestormd |
zij, ze | stormen voort | stormden voort | hebben voortgestormd |
PresensBeta
Example presens sentences for Voortstormen with some of the pronouns.
- Ik voortstorm
- Jij voortstormt
- Hij/Zij/Het voortstormt
- Wij voortstormen
- Jullie voortstormen
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Voortstormen with some of the pronouns.
- Ik voortstormde
- Jij voortstormde
- Hij/Zij/Het voortstormde
- Wij voortstormden
- Jullie voortstormden
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Voortstormen with some of the pronouns.
- Ik ben voortgestormd
- Jij bent voortgestormd
- Hij/Zij/Het is voortgestormd
- Wij zijn voortgestormd
- Jullie zijn voortgestormd