wegtikken

Conjugations List of Wegtikken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iktik wegtikte wegheb weggetikt
jij, je, utikt wegtikte weghebt weggetikt
hij, zij, hettikt wegtikte wegheeft weggetikt
wijtikken wegtikten weghebben weggetikt
jullietikken wegtikten weghebben weggetikt
zij, zetikken wegtikten weghebben weggetikt

Presens
Beta

Example presens sentences for Wegtikken with some of the pronouns.

  • De seconden tikken weg terwijl we praten.
  • Ik tik de tijd weg op mijn horloge.
  • Jij tikt de minuten weg tijdens het wachten.
  • Hij tikt de uren weg op kantoor.
  • Wij tikken de dagen weg met onze takenlijst.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Wegtikken with some of the pronouns.

  • Vroeger tikte ik de tijd weg met mijn oude klok.
  • Toen ik jong was, tikte jij de uren weg op je drumstel.
  • Hij tikte de dagen weg in zijn dagboek.
  • Wij tikten de minuten weg tijdens de les.
  • Jullie tikten de seconden weg tijdens de wedstrijd.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Wegtikken with some of the pronouns.

  • Ik heb de tijd weggetikt tijdens de vergadering.
  • Jij hebt de seconden weggetikt op de stopwatch.
  • Hij heeft de uren weggetikt tijdens zijn nachtdienst.
  • Wij hebben de dagen weggetikt op vakantie.
  • Zij hebben de minuten weggetikt tijdens het studeren.