acen

Conjugations List of Acen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikaceaceteheb geacet
jij, je, uacetacetehebt geacet
hij, zij, hetacetaceteheeft geacet
wijacenacetenhebben geacet
jullieacenacetenhebben geacet
zij, zeacenacetenhebben geacet

Presens
Beta

Example presens sentences for Acen with some of the pronouns.

  • Ik acen elke dag naar mijn werk. (I wave every day to my colleagues.)
  • Jij acet altijd vriendelijk naar anderen. (You always wave friendly to others.)
  • Hij/Zij acet naar de bus als die vertrekt. (He/She waves to the bus when it departs.)
  • Wij acen naar elkaar als we elkaar tegenkomen. (We wave to each other when we meet.)
  • Jullie acen vaak naar de buren. (You often wave to the neighbors.)

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Acen with some of the pronouns.

  • Ik aceerde vroeger altijd naar de vliegtuigen. (I used to wave to airplanes in the past.)
  • Jij acete als kind naar alle auto's op straat. (You waved to all the cars on the street as a child.)
  • Hij/Zij acete regelmatig naar de vogels in de tuin. (He/She used to wave to the birds in the garden regularly.)
  • Wij aceerden naar de voorbijgangers terwijl we op het terras zaten. (We waved to the passersby while sitting on the terrace.)
  • Jullie aceten naar de maan tijdens de nachtelijke wandelingen. (You waved to the moon during the nighttime walks.)

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Acen with some of the pronouns.

  • Ik heb gisteren naar mijn vrienden geacen. (I waved to my friends yesterday.)
  • Jij bent al eerder naar die sporter geacen. (You have waved to that athlete before.)
  • Hij/Zij heeft vanochtend naar de trein geacen. (He/She waved to the train this morning.)
  • Wij zijn vorige week naar de koningin geacen. (We waved to the queen last week.)
  • Jullie hebben al veel naar de zee geacen. (You have waved to the sea a lot.)