achternagaan
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | ga achterna | ging achterna | ben achternagegaan |
| jij, je, u | gaat achterna | ging achterna | bent achternagegaan |
| hij, zij, het | gaat achterna | ging achterna | is achternagegaan |
| wij | gaan achterna | gingen achterna | zijn achternagegaan |
| jullie | gaan achterna | gingen achterna | zijn achternagegaan |
| zij, ze | gaan achterna | gingen achterna | zijn achternagegaan |
PresensBeta
Example presens sentences for Achternagaan with some of the pronouns.
- Ik ga mijn doel achterna.
- Jij gaat de hond achternagaan.
- Hij gaat altijd zijn dromen achternaja.
- Zij gaan achter de waarheid aan.
- Wij gaan de dief achternaa.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Achternagaan with some of the pronouns.
- Ik ging mijn intuïtie achterna.
- Jij ging jouw passie achterna.
- Hij ging zijn eigen weg achterna.
- Zij gingen de schaduw achterna.
- Wij gingen de bron van het geluid achterna.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Achternagaan with some of the pronouns.
- Ik ben mijn vriend achterna gegaan.
- Jij hebt de verloren sleutels achterna gezeten.
- Hij is haar liefde achterna gegaan.
- Zij hebben de verdachte achternagegaan.
- Wij zijn de sporen van de inbreker achterna gegaan.