backen

Conjugations List of Backen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbackbackteheb gebackt
jij, je, ubacktbacktehebt gebackt
hij, zij, hetbacktbackteheeft gebackt
wijbackenbacktenhebben gebackt
julliebackenbacktenhebben gebackt
zij, zebackenbacktenhebben gebackt