behoeven
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | behoef | behoefde | heb behoefd |
jij, je, u | behoeft | behoefde | hebt behoefd |
hij, zij, het | behoeft | behoefde | heeft behoefd |
wij | behoeven | behoefden | hebben behoefd |
jullie | behoeven | behoefden | hebben behoefd |
zij, ze | behoeven | behoefden | hebben behoefd |
PresensBeta
Example presens sentences for Behoeven with some of the pronouns.
- Ik behoef wat hulp bij het schoonmaken van mijn huis.
- Jij behoeft geen zorgen te maken, alles komt goed.
- Hij behoeft geen toestemming om de vergadering bij te wonen.
- Wij behoeven meer informatie voordat we een beslissing kunnen nemen.
- Zij behoeven geen extra training, ze zijn al bekwaam.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Behoeven with some of the pronouns.
- Toen ik jong was, behoefde ik geen toestemming om buiten te spelen.
- Vroeger behoefden we niet zo veel aandacht te besteden aan beveiliging.
- Hij behoefde vroeger geen medicatie voor zijn allergieën.
- In mijn vorige baan behoefde ik minder verantwoordelijkheid te dragen.
- Als student behoefden we geen belastingen te betalen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Behoeven with some of the pronouns.
- Ik heb behoefd aan een goede nachtrust.
- Jij hebt geen extra uitleg behoefd, je begreep het meteen.
- Hij heeft behoeft aan nieuwe kleding voor het feest.
- Wij hebben behoeven aan financiële steun tijdens onze reis.
- Zij hebben geen verdere assistentie behoefd na de training.