beklinken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | beklink | beklonk | heb beklonken |
jij, je, u | beklinkt | beklonk | hebt beklonken |
hij, zij, het | beklinkt | beklonk | heeft beklonken |
wij | beklinken | beklonken | hebben beklonken |
jullie | beklinken | beklonken | hebben beklonken |
zij, ze | beklinken | beklonken | hebben beklonken |
PresensBeta
Example presens sentences for Beklinken with some of the pronouns.
- Ik beklink
- Jij beklinkt
- Hij/Zij/Het beklinkt
- Wij beklinken
- Jullie beklinken
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Beklinken with some of the pronouns.
- Ik beklikte
- Jij beklikte
- Hij/Zij/Het beklikte
- Wij beklikten
- Jullie beklikten
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Beklinken with some of the pronouns.
- Ik heb beklinkt
- Jij hebt beklinkt
- Hij/Zij/Het heeft beklinkt
- Wij hebben beklinkt
- Jullie hebben beklinkt