benieuwen
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | null | null | null |
| jij, je, u | null | null | null |
| hij, zij, het | benieuwt | benieuwde | heeft benieuwd |
| wij | null | null | null |
| jullie | null | null | null |
| zij, ze | null | null | null |
PresensBeta
Example presens sentences for Benieuwen with some of the pronouns.
- Ik benieuw wat er vanavond op televisie is.
- Jij benieuwt je vast hoe het afloopt.
- Hij benieuwt zich over de uitkomst van het onderzoek.
- Wij benieuwen of we de wedstrijd zullen winnen.
- Zij benieuwen zich naar de nieuwe film.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Benieuwen with some of the pronouns.
- Ik benieuwde me wat er zou gebeuren als ik het zou proberen.
- Jij benieuwde je altijd over de kleinste details.
- Hij benieuwde zich of hij wel de beste beslissing had genomen.
- Wij benieuwden ons af of we het konden voltooien.
- Zij benieuwden zich over het resultaat van hun inspanningen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Benieuwen with some of the pronouns.
- Ik heb me benieuwd afgevraagd waarom ze niet kwamen.
- Jij hebt je vast benieuwd afgevraagd waar ik was.
- Hij heeft zich benieuwd afgevraagd of hij de juiste keuze heeft gemaakt.
- Wij hebben ons afgevraagd hoe het zover heeft kunnen komen.
- Zij hebben zich afgevraagd waarom het zo lang duurde.